Veldkennisbijeenkomst Water, weidevogels en een goed biotoop

15 augustus 2024

Op en rond de Donk in de Alblasserwaard worden verschillende strategieën toegepast. De strategieën naast elkaar met uitwisseling van vogels, insecten, kennis en mest levert mooie resultaten op. BoerenNatuur Zuid-Holland heeft een veldkennisbijeenkomst georganiseerd bij Staatsbosbeheer in de Alblasserwaard om ervaringen in het veld met de collectieven en Staatsbosbeheer uit te wisselen.

De Donkse Laagten

Op een van de warme droge dagen dit voorjaar zijn we te gast in de Donkse Laagten. Beheerder en weidevogelexpert Luuk Oevermans heet ons welkom op dit hoge plekje in de Alblasserwaard. Een donk is een rivierduin van zand waardoor het wat hoger ligt in het veenlandschap. De boerderijen stonden zo ook veilig voor hoog water.  Voor boerenlandvogels zoals grutto, kievit en tureluur is het een perfecte plek inmiddels. Waterbeheer heeft hier een grote rol gespeeld.  De nu zeer bloemrijke uitstekken van de percelen zijn ontstaan doordat er grond nodig was om de dijk te versterken.  Kort nadat het gebied de status natuurgebied kreeg is er een eigen waterpeil ingesteld. Dat biedt de mogelijkheid om het waterpeil lokaal goed te regelen.  Weidevogels houden immers van rust, vocht en regenwormen. Het effect van het water is in de cijfers goed terug te zien.

Een voedzaam buffet

Weidevogels en hun kuikens hebben behoefte aan graslanden met vochtige greppels, makkelijk bereikbaar bodemleven en een gevarieerde vegetatie met kruiden en bloeiende grassen die insecten aantrekken.  Wist je dat een kuiken ongeveer 12 insecten per minuut moet eten? Een structuurrijke vegetatie maakt het makkelijker voor kuikens om het lopend buffet te volgen.

Sturen met water

In het reservaat gedeelte, wat al bestond uit ooit afgeplagde kopse kanten en lagere en iets hogere gelegen percelen is het goed sturen met het water. In de winterperiode is het gebied ook erg in trek bij ganzen. Een iets getemperd winterpeil zorgt ervoor dat de grond niet zwart gelopen wordt door de ganzen. In het vroege voorjaar gaat het waterpeil juist omhoog voor vochtige plekken in de percelen. Dit worden de ultieme kuikenplaatsen. Wat wel voorkomen wordt is dat water te lang blijft staan op het perceel. De greppels zijn dan ook van levensbelang om in goede staat te houden.

In de richting eind mei gaat het waterpeil kalm aan naar beneneden zodat het beheer goed kan worden uitgevoerd en soorten als pitrus minder kans krijgen. Regenwater wat blijft staan zorgt samen met vertrapping voor een bodem waar pitrus dol op is. Weidevogels zijn daar dan weer niet zo dol op. Om het bodemleven te behouden en de juiste omstandigheden voor de planten wordt er mest uitgereden. De bemesting gebeurt met ruige mest eens in de drie jaar. Zo gaat er gemiddeld 5 ton per hectare per jaar op.  In eerdere jaren was er meer beweiding dan nu het geval is. Er lopen nog wel aan de randen een handje vol koeien.  Het zorgde met het hoge waterpeil voor te veel vertrapping.  Het is met water ook iets makkelijker sturen.   De mogelijkheden om met vee eenzelfde variatie in grashoogte en doorwaadbaarheid te krijgen die zijn er zeker wel. Daar werd ook druk over doorgepraat; waar kan je wat jongvee laten klieren en zo een mooie structuur krijgen? Mestflatten in de wei trekt insecten aan en de koeien zelf bieden ook bescherming tegen (vliegende) predatoren.

Prachtige resultaten samen met ANLb

Wat opvalt aan de resultaten van de Donkse Laagten is dat het aantal broedende weidevogels toeneemt. Inmiddels broeden er ongeveer 15% van de grutto’s in de Alblasserwaard op én rond de Donkse Laagten. Een ander goed verschil in de cijfers is te zien in de laatste jaren. Het ANLb is rondom de Donk flink uitgebreid en verzwaard.  Dat heeft ook zeker een heel positief effect op de aantallen in het gebied. Bovendien is er een WIS aangelegd. Hierdoor wordt het totale gebied ook steeds geschikter voor de weidevogels.  “Weidevogels bescherm je niet met technisch natuurbeheer, maar juist met extensief agrarisch beheer. Daarin kunnen we veel van elkaar leren.” Aldus Luuk Oevermans. En zo is het; samen bereiken we een heleboel.

Deze veldkennisbijeenkomst is mede mogelijk gemaakt met steun van de provincie Zuid-Holland.